Het aantal bedrijven dat zich niet richt op winst maken, maar bestaat vanuit het idee een maatschappelijke rol te spelen, stijgt. De teller staat op ruim tweehonderd, een aantal dat toeneemt.
Ondernemen om de wereld te verbeteren. Er poppen steeds meer bedrijven in Nederland op die handelen vanuit die filosofie. De teller bij branchevereniging Social Enterprise Nederland, het landelijke platform dat sociale ondernemingen vertegenwoordigt, verbindt en ondersteunt, staat inmiddels op ruim 200. Een aantal dat de komende jaren alleen maar zal toenemen, voorspelt Meike Zwaan. “Ja, dat aantal stijgt. Wij bestaan 2,5 jaar, dus cijfers van daarvoor heb ik niet, maar wij merken wel dat we vaker door mensen worden benaderd die zich bij ons willen aansluiten.”
Ook grotere bedrijven als accountantskantoor PricewaterhouseCoopers en ABN Amro tonen interesse in een meer duurzame manier van ondernemen, weet Zwaan. “Bedrijven kijken met belangstelling naar de ontwikkeling dat niet alles hoeft te draaien om winst maken. Daarbij wordt het zelfvoorzienend zijn een steeds belangrijker factor in de corporate wereld.”
Ook Impact Hub Amsterdam, die flexibele werkplekken aanbiedt aan sociale ondernemers zodat zij elkaar sneller weten te vinden, ziet de stijging. “Afgelopen februari zijn wij verhuisd naar een groter pand bij de Westergasfabriek in Amsterdam. Ik denk dat dat genoeg zegt over de spurt die deze vorm van ondernemen neemt”, spreekt Thijs Rohof.
Een van die sociale ondernemers is de 34-jarige Judith Manshanden. Onder het motto ‘practice what you preach’ is de enthousiaste Amsterdamse samen met Laura Schön en Rogier Charles op het Rotterdamse schiereiland Katendrecht het Geef Café begonnen, waar de klant zelf bepaalt wat hij of zij betaalt. “Ik heb jarenlang bij een consultancybureau gewerkt en merkte op een gegeven moment dat ik klaar was met de manier van werken. Alles is gericht op winst, maar wat is winst? Wat is concurrentie? Als zich hier honderd meter verderop een soortgelijk restaurant vestigt, is dat dan erg? Of moet ik dat juist aanmoedigen omdat iemand er, net als ik, bewust voor kiest om een ander gedachtegoed na te streven. Ik kies voor dat laatste.”
Een idealistisch idee, maar de kachel moet ook roken. “Mensen betalen wel voor een diner. Gemiddeld twintig euro. Soms iets meer, soms iets minder. Het maakt ons ook niet uit, want we kunnen het goed redden.”
Ze is niet de enige. Bert van Son en Robert Bongers begonnen in januari 2013 het bedrijf Mud Jeans in het Utrechtse Rhenen. Voor het bedrag van 20 euro kunnen mensen een spijkerbroek huren. “Bert heeft in China met zijn eigen ogen gezien hoe slecht het er daar aan toegaat. Dat moet anders en daarom heeft hij dit bedacht”, spreekt Bongers. “
Het concept is heel simpel: je huurt een jeans, draagt hem een jaar ens beslist daarna of je het kledingstuk wilt houden. Zo niet: dan hergebruiken wij de stof. De mode-industrie kan en moet beter.” Het idee van de inwisselbare jeans wordt opgepakt. “Er is laatst een bedrijf gestart dat volgens hetzelfde concept werkt, maar met maatpakken. Zo gaan we de goede kant op.”